Mijn verlof en vitaliteit

5 Mijn verlof en vitaliteit

5.1 Vakantie-uren

5.1.1 Aantal vakantie-uren

Op basis van een voltijds dienstverband (36 uur) heb je recht op 184 vakantie-uren per kalenderjaar. Daarvan is 144 uur wettelijk bepaald. Werk je minder dan 36 uur, dan heb je recht op een evenredig minder aantal vakantie-uren. Je hebt recht op vakantie-uren voor de periode dat je salaris ontvangt van de SVB.

Je bouwt ook vakantie-uren op:

  • bij ziekte (voor zolang je aanspraak hebt op salaris);
  • als je met zwangerschaps- of bevallingsverlof bent;
  • als je partner-, adoptie-, of ouderschapsverlof hebt;
  • als je kortdurend zorgverlof hebt;
  • als je een andere vorm van doorbetaald verlof hebt.

Kom je in de loop van het kalenderjaar in dienst bij de SVB of ga je in de loop van het jaar uit dienst, dan ontvang je een evenredig aantal vakantie-uren waarbij de berekening gebaseerd wordt op hoeveel dagen er nog overblijven in het betreffende jaar. Bijvoorbeeld: als je op 1 mei in dienst komt bij de SVB, dan ontvang je 245 / 365 van 184 vakantie-uren.

De aanspraak op leeftijdsgebonden vakantie-uren is per 1 januari 2013 bevroren. Had je op dat moment recht op leeftijdsgebonden vakantie-uren, dan behoud je die voor de rest van je dienstverband. De SVB kent geen nieuwe leeftijdsgebonden vakantie-uren meer toe.

5.1.2 Opnemen van vakantie-uren

Je overlegt met je leidinggevende en je team wanneer je je vakantie-uren opneemt. Vervolgens vraag je je vakantie schriftelijk aan. In principe gaat de SVB akkoord met je vakantie, tenzij er gewichtige redenen zijn. De SVB moet die gewichtige redenen binnen twee weken na je vakantie-aanvraag schriftelijk meedelen. Doet de SVB dit niet op tijd, dan is je vakantie goedgekeurd zoals schriftelijk aangevraagd.

Het uitgangspunt is dat je je vakantie-uren zoveel mogelijk opneemt in het jaar waarin ze zijn opgebouwd. Uit het oogpunt van een goede balans tussen werk en privé is het belangrijk dat je je vakantie-uren ook werkelijk opneemt. Je mag maximaal vier weken aaneengesloten vakantie opnemen. Om jouw vitaliteit te stimuleren, ben je verplicht één keer per jaar minimaal twee aaneengesloten weken vrij te nemen. Vakantie-uren neem je op in blokken van ten minste één uur.

Heb je niet voldoende vakantie-uren? Dan kan je toestemming aan de SVB vragen om meer vakantie-uren op te nemen dan je aanspraak op dat moment. Je mag maximaal 64 uur extra opnemen. De te veel genoten vakantie-uren haalt de SVB af van je totaal aantal vakantie-uren in het eerstvolgende kalenderjaar.

Ook kan je met je Individueel Keuzebudget (IKB) extra vakantie-uren kopen. Bij een voltijds dienstverband kun je minimaal 8 en maximaal 80 vakantie-uren per jaar bijkopen. Werk je in deeltijd, dan is dit aantal naar rato. Je gekochte vakantie-uren komen als bovenwettelijk verlof in het vitaliteitsverlof; je kunt ze van daaruit opnemen.

Een SVB medewerker heeft twee aaneengesloten weken vrij genomen en maakt met gezinslid een stedentrip.

5.1.3 Ziek tijdens vakantie

Gemiste vakantie-uren vanwege ziekte kan de SVB compenseren. Deze gemiste uren moet je op een aannemelijke manier kunnen aantonen (bijvoorbeeld met een doktersverklaring). Je kunt deze vakantie-uren dan in overleg met je leiding-gevende op een ander moment opnemen. Je moet je wel houden aan de regels bij ziekte en verlof.


Wil je meer informatie over de regels bij ziekte en verlof?
Bekijk HANDBOEK HR


5.1.4 Vakantie bij einde dienstverband

Eindigt je dienstverband, dan krijg je de kans je resterende vakantie-uren op te nemen. Tenzij er voor de SVB gewichtige redenen zijn om dat niet te doen. Wanneer je je vakantie-uren niet opneemt, betaalt de SVB het resterende saldo uit. Eventueel te veel opgenomen vakantie-uren verrekent de SVB bij het einde van het dienstverband.

Heb je een nieuwe baan? Dan kun je vakantiedagen die je bij de SVB niet hebt opgenomen meenemen naar je nieuwe werkgever. Daarvoor heb je een verklaring nodig die de SVB voor je kan opstellen waarin staat hoeveel wettelijke vakantie-uren je over had en hoeveel er zijn uitbetaald. Je kan in overleg met je nieuwe werkgever deze wettelijke uren dan alsnog (onbetaald) opnemen.

5.1.5 Vervallen van vakantie-uren

Je wettelijke vakantie-uren, 144 uur bij een 36-urige werkweek, vervallen op 1 juli van het jaar volgend op het jaar waarin je die uren hebt gekregen. De overige (bovenwettelijke) vakantie-uren verjaren 5 jaar na de laatste dag van het jaar waarin je deze uren hebt gekregen. Verlof dat je hebt gespaard als vitaliteitsverlof verjaart niet. Je kan je bovenwettelijke vakantie-uren ook toevoegen aan het vitaliteitsverlof.

5.1.6 Kopen van vakantie-uren

Jaarlijks kan je minimaal 8 en maximaal 80 extra vakantie-uren kopen vanuit je Individueel Keuzebudget (IKB). De prijs voor 1 uur is je maandinkomen inclusief vakantiegeld en eindejaarsuitkering op het moment van kopen, gedeeld door 156. De gekochte vakantie-uren moet je zoveel als mogelijk in hetzelfde jaar opnemen, tenzij je ze opspaart als vitaliteitsverlof.

5.1.7 Verkopen van vakantie-uren

Bovenwettelijke vakantie-uren (de uren boven op het wettelijk minimum van 144 uur) die je niet hebt gebruikt, kun je verkopen tot een maximum van 64 uur. De prijs voor 1 uur is je maandinkomen inclusief vakantiegeld en eindejaarsuitkering op het moment van verkopen, gedeeld door 156.

5.2 Feestdagenverlof

Voor het feestdagenverlof zijn de cao-partijen een regeling overeengekomen, welke onderdeel is van deze cao.

Diversiteit en Inclusie op de werkvloer zijn belangrijk voor de SVB. Dat betekent dat de SVB een mix van verschillen in mensen belangrijk vindt en dat iedereen gelijke kansen en mogelijkheden krijgt. Daarom is de SVB per 1 januari 2023 afgestapt van de vooraf vastgestelde Nederlandse feestdagen. Die zijn namelijk vaak op de christelijke geloofsovertuiging gebaseerd.

Vanaf die datum kun je je feestdagenverlof flexibel opnemen op voor jou belangrijke dagen. Jaarlijks krijg je 56 uur feestdagenverlof bij een fulltime dienstverband. Als peildatum voor toekenning van de extra vrije feestdag per 1 januari 2024, geldt dat de medewerker op of na 1 mei 2024 in dienst moet zijn.

Werk je minder dan 36 uur of niet het volledige kalenderjaar, dan ontvang je een evenredig aantal feestdagverlofuren.

Je kunt dit verlof inzetten zoals je wilt. De SVB kan je keuze alleen weigeren als de SVB daarvoor gewichtige redenen heeft.

De kantoorlocaties blijven volgens deze cao gesloten op de volgende Nederlandse feestdagen: Nieuwjaarsdag, Eerste en Tweede Paasdag, Koningsdag, Hemelvaartsdag, Eerste en Tweede Pinksterdag, Eerste en Tweede Kerstdag en in lustrumjaren Nationale Bevrijdingsdag. Er vindt op deze dagen geen directe dienstverlening aan klanten plaats.

Een mix aan medewerkers zitten aan tafel. De één viert een verjaardag, terwijl de ander een religieuze feestdag viert.

Thuiswerken is wel mogelijk als jouw werk zich daarvoor leent. Kies je er zelf voor om op één van bovenstaande dagen te gaan werken? Dan krijg je geen feestdagentoeslag.

Niet opgenomen feestdagenverlof vervalt op 1 juli van het jaar volgend op het jaar waarin je die uren hebt gekregen. Je kunt dit verlof niet laten uitbetalen.


Wil je meer informatie over het feestdagenverlof?
Bekijk HANDBOEK HR


5.3 Kindgerelateerd verlof

Deze cao geeft een overzicht van de verschillende verlofsoorten waar je recht op hebt.

5.3.1 Zwangerschaps- en bevallingsverlof

In de periode rond je bevalling neem je zwangerschaps- en bevallingsverlof op. In totaal heb je recht op minimaal 16 weken volledig doorbetaald verlof, afhankelijk van jouw situatie. Je kunt je zwangerschapsverlof laten ingaan op iedere werkdag vanaf 6 weken tot uiterlijk 4 weken voor de uitgerekende bevallingsdatum. Het zwangerschapsverlof eindigt op de dag van de bevalling. Het bevallingsverlof gaat in op de dag na de bevalling.


Wil je meer informatie over het zwangerschaps- en bevallingsverlof?
Bekijk HANDBOEK HR


5.3.2 Geboorteverlof voor partners

Als je partner bevalt van een kind of als je een kind erkent bij de geboorte, heb je recht op (gedeeltelijk) doorbetaald geboorteverlof voor partners. De SVB volgt hierin de wettelijke regeling. Je hebt recht op 1 week volledig doorbetaald geboorteverlof, afhankelijk van je gemiddelde arbeidsduur per week. Je kunt dit verlof naar eigen wens opnemen vanaf de eerste dag na de bevalling tot uiterlijk 4 weken na de bevalling.

Daarnaast heb je recht op aanvullend geboorteverlof van 5 keer het aantal uren dat je gemiddeld per week werkt. Tijdens deze 5 weken ontvang je 80% van je maandinkomen. Je kunt dit verlof naar eigen wens opnemen binnen 6 maanden na de geboorte van het kind.


Wil je meer informatie over het geboorteverlof voor partners?
Bekijk HANDBOEK HR


Een medewerker heeft geboorteverlof en staat met zijn baby op de arm in de kinderkamer met het gezin.

5.3.3 Adoptie- en pleegzorgverlof

Als je een kind adopteert, heb je recht op adoptieverlof. Als pleegouder heb je recht op pleegzorgverlof. Het pleegkind moet dan op het adres van de pleegouder staan ingeschreven volgens de Basisregistratie Personen.

De SVB volgt hierin de wettelijke regeling. Je hebt recht op maximaal 6 aaneengesloten weken verlof op basis van het aantal uren dat je gemiddeld per week werkt. Het verlof neem je op binnen een periode van 26 weken. Je kunt het verlof opnemen vanaf 4 weken voordat het kind in je gezin komt tot uiterlijk 22 weken na de komst van het kind. In die periode kun je het verlof voltijd opnemen (6 weken achter elkaar) of gespreid over de 26 weken. Wanneer je tegelijkertijd 2 of meer kinderen adopteert of opneemt als pleegkind, heb je recht op het verlof van 1 kind.

Tijdens het verlof krijg je je salaris doorbetaald. Voorwaarde is wel dat je meewerkt aan het verkrijgen van de wettelijke uitkering in verband met adoptie-en pleegzorgverlof volgens de Wet arbeid en zorg.


Wil je meer informatie over het adoptie- en pleegverlof?
Bekijk HANDBOEK HR


5.3.4 Ouderschapsverlof

Je kunt voor een kind met een leeftijd tot 8 jaar een periode van verlof opnemen. De SVB volgt hierin de wettelijke regeling. Je kunt dit verlof opnemen voor je eigen kind, stiefkind, pleegkind of adoptiekind. Het kind moet wel bij je wonen volgens de Basisregistratie Personen. Je hebt per kind recht op maximaal 26 weken ouderschapsverlof op basis van het aantal uren dat je gemiddeld per week werkt.

Je ontvangt via de SVB een uitkering als je de eerste 9 weken van het verlof opneemt in het eerste levensjaar van het kind of bij adoptie binnen het eerste jaar van opname. Je krijgt dan 80% van je maandinkomen doorbetaald. Neem je deze 9 weken later op dan het eerste levensjaar, dan is het verlof niet gedeeltelijk doorbetaald.

De overige weken ouderschapsverlof zijn onbetaald. Tijdens het verlof loopt je pensioenopbouw onveranderd door, behalve wanneer er andere wijzigingen in het dienstverband zijn. Kijk in hoofdstuk 5.1. van de cao voor je opbouw van vakantie-uren.


Wil je meer informatie over het ouderschapsverlof?
Bekijk HANDBOEK HR


5.4 Zorgverlof

5.4.1 Kortdurend zorgverlof

Je hebt volgens de Wet arbeid en zorg recht op kortdurend zorgverlof wanneer je partner, kind, ouder of iemand uit je omgeving ziek of hulpbehoevend is en die persoon afhankelijk is van jouw zorg. Onder kind wordt voor deze regeling verstaan een eigen, pleeg-, stief- of adoptiekind. De SVB volgt hierin de wettelijke regeling. Per jaar kun je maximaal 2 keer het aantal uren dat je gemiddeld per week werkt opnemen als kortdurend zorgverlof. Tijdens het verlof krijg je 70% van je salaris doorbetaald.


Wil je meer informatie over het kortdurend zorgverlof?
Bekijk HANDBOEK HR


5.4.2 Langdurend zorgverlof

Je hebt volgens de Wet arbeid en zorg recht op langdurend zorgverlof wanneer je partner, kind, ouder of iemand uit je omgeving ziek of hulpbehoevend is en die persoon afhankelijk is van jouw zorg. De SVB volgt hierin de wettelijke regeling. Per jaar kun je maximaal 6 keer het aantal uren dat je gemiddeld per week werkt opnemen als langdurend zorgverlof. Langdurend zorgverlof is onbetaald.


Wil je meer informatie over het langdurend zorgverlof?
Bekijk HANDBOEK HR


5.5 Overig verlof

5.5.1 Calamiteiten- en ander kort verzuimverlof

Voor calamiteiten en ander kort verzuimverlof past de SVB de wettelijke regels toe. Bij de volgende gebeurtenissen krijg je betaald verlof:

GebeurtenisBijzonder verlof
Je huwelijk of geregistreerd partnerschap.1 dag.
Bevalling van je partner.De dag/dagen van de bevalling.
Overlijden van je partner, ouders of kinderen (ook aangetrouwde/schoon-/pleeg-/stief-).4 dagen.
Overlijden van je broers, zussen, grootouders of kleinkinderen (ook aangetrouwde/stief-/schoon-/pleeg-).1 dag. Als je belast bent met het regelen van de begrafenis of de nalatenschap maximaal 2 extra dagen.
Het zoeken van een woning wanneer je op verzoek van de SVB moet verhuizen.Maximaal 2 dagen.
Verhuizing op verzoek van de SVB.2 dagen. In bijzondere gevallen te verlengen tot 3 of 4 dagen.
Het voldoen aan wettelijke verplichtingen.De tijd die daarvoor nodig is, voor zover dit niet in de eigen tijd kan en onder werktijd moet gebeuren.
Spoedeisende, onvoorziene of niet buiten werktijd te plannen medische afspraken voor jezelf of de noodzakelijke begeleiding van iemand uit je naaste omgeving (zoals met je kind naar de dokter).Een korte, naar redelijkheid te bepalen tijd.

 

Wanneer het calamiteitenverlof/ander kort verzuimverlof overgaat in kortdurend zorgverlof, eindigt het calamiteitenverlof/ander kort verzuimverlof na één dag.

Een andere situatie die onder de Wet arbeid en zorg valt geef je (als dat lukt) ten minste 24 uur van tevoren aan bij je leidinggevende. Je krijgt dan onbetaald verlof voor een korte, naar redelijkheid te bepalen tijd.

Je leidinggevende kan je achteraf vragen om een toelichting of bewijs waarom je niet hebt kunnen werken.

5.5.2 Vakbondsverlof

Als bestuurslid van een vakbondpartij bij deze cao, als afgevaardigde daarvan of als bestuurslid van een onderdeel daarvan heb je jaarlijks recht op maximaal 120 uur doorbetaald verlof wanneer je deelneemt aan:

  • een vergadering van een statutair orgaan van de vakbond;
  • een vergadering van centrale organisaties waarbij die vakbond is aangesloten;
  • een vergadering van een internationale werknemersorganisatie waarbij die vakbond is aangesloten.

Je hebt jaarlijks recht op maximaal 208 uur doorbetaald verlof wanneer je:

  • bestuurlijke en/of vertegenwoordigende activiteiten moet uitvoeren voor een vakbond die partij is bij deze cao. Voorwaarde is dat deze activiteiten bijdragen aan de doelstelling van de vakbond. Hieronder vallen ook de werkzaamheden als vakbondsconsulent.

Je hebt jaarlijks recht op maximaal 2 dagen doorbetaald verlof wanneer je:

  • lid bent van een vakbond die partij is bij deze cao voor het bijwonen van ledenraadplegingen.

Je hebt recht op alle bovenstaande vormen van vakbondsverlof tenzij er zwaarwegende bezwaren zijn vanwege het bedrijfsbelang.

5.5.3 Langdurend verlof (sabbatical)

Je kunt onder bepaalde voorwaarden gebruikmaken van langdurend verlof. Dit kan zowel doorbetaald als onbetaald verlof zijn. Je verlof gaat pas in als je de voorwaarden van het verlof hebt afgesproken met je leidinggevende en als jullie deze voorwaarden allebei hebben geaccepteerd. Je kunt maximaal 6 maanden vrij nemen als dit in jouw persoonlijke belang is. Als er naast een persoonlijk belang ook een algemeen belang is, kun je maximaal een jaar onbetaald verlof krijgen.

Je blijft de hele verlofperiode pensioen opbouwen, voor zover dit fiscaal en volgens de pensioenregeling mogelijk is. De SVB betaalt de eerste twee volledige maanden van het verlof het werkgeversgedeelte van de pensioen-premie. Na twee maanden betaal je deze premie bij volledig verlof zelf. De SVB verrekent deze premie met de eerstkomende betaling van je salaris.

5.5.4 Vitaliteitsverlof (voorheen IKB-spaarverlof)

Wil je voor een langere tijd (aaneengesloten) betaald vrij zijn, dan kun je vitaliteitsverlof sparen. Je kunt vitaliteitsverlof sparen met:

  • bovenwettelijke vakantie-uren opgebouwd vanaf 1 januari 2021;
  • vakantie-uren die je met je Individueel Keuzebudget (IKB) hebt gekocht en niet hebt opgenomen.

Je kunt maximaal 100 weken aan vitaliteitsverlof opsparen, afhankelijk van je gemiddelde arbeidsduur. Je kunt je opgespaarde vitaliteits-verlof niet tussentijds laten uitbetalen, tenzij je uit dienst gaat. Het vitaliteitsverlof verjaart niet.

Je kunt het vitaliteitsverlof inzetten als normaal verlof of om een langere periode aaneengesloten vrij te zijn. Wil je langer dan 6 weken aaneengesloten verlof opnemen, bespreek dit dan minimaal 6 maanden van tevoren met je leidinggevende.

5.6 Maatwerkafspraken

De SVB kan in bijzondere gevallen doorbetaald, gedeeltelijk doorbetaald of onbetaald verlof geven voor specifieke persoonlijke situaties. Bijvoorbeeld indien je een periode van rouw doormaakt, je in een transitietraject zit, je je beperkt voelt door menstruatieklachten of overgangsklachten of indien je door jouw gezinssituatie/samenlevingsverband buiten de wettelijke regelingen voor WAZO-verlof valt.

Je bespreekt met je leidinggevende wat je nodig hebt in deze situatie. Waar mogelijk maken jullie maatwerkafspraken over onder andere inzet en beschikbaarheid. Deze maatwerkafspraken zorgen ervoor dat je in balans en vitaal blijft en kunnen zo verzuim voorkomen.

5.7 Levensfaseregeling

In iedere levensfase heb je je eigen uitdagingen en belangrijke levensgebeurtenissen. De SVB vindt het belangrijk dat je in alle levensfases gezond aan het werk bent en blijft. Om een gezonde werk-privébalans te houden, kun je met de Levensfaseregeling (tijdelijk) minder werken.

Met deze regeling werk je 80%, krijg je 90% betaald en behoud je 100% pensioenopbouw. De regeling wordt voor de looptijd van drie jaar aangeboden van 1 januari 2023 tot 1 januari 2026.

Een SVB medewerker staat in het landschap een schilderij te maken om tot rust te komen

Levensfaseregeling voorafgaand aan pensioen

De Levensfaseregeling is beschikbaar voor medewerkers die de instapleeftijd hebben bereikt, die een contract voor onbepaalde tijd hebben én voorafgaand aan deelname aan de Levensfaseregeling tenminste vijf jaar ononderbroken in dienst van de SVB zijn (daarbij wordt de periode die een medewerker als uitzendkracht heeft gewerkt ook meegeteld).

Er is een overgangsregeling afgesproken waardoor de instapleeftijd in de periode tussen 1 juli 2023 en 1 januari 2025 stapsgewijs omhoog gaat van 60 naar 62 jaar. Vanaf 1 januari 2025 geldt een instapleeftijd van minimaal 62 jaar. Op welk moment je kunt deelnemen hangt af van het jaar en kwartaal waarop je instapt én de datum waarop je de vereiste leeftijd bereikt. Dit zie je in deze tabel:

Jaar:Periode:AOW leeftijdIngangsdatumInstapleeftijd
202266 & 7 mnd60
2023Q166 & 10 mnd01-01-202360
Q201-04-202360
Q301-07-202360 + 1 mnd.
Q401-10-202360 + 3 mnd.
2024Q16701-01-202460 + 6 mnd.
Q201-04-202460 + 9 mnd.
Q301-07-202461 + 1 mnd.
Q401-10-202461 + 6 mnd.
2025Q16701-01-202562

 

Loopt in de toekomst de AOW leeftijd verder op, dan bedraagt de maximale deelnameduur aan de Levensfaseregeling 5 jaar voorafgaand aan de dan geldende AOW leeftijd.

De medewerker die in 2025 of eerder is gaan deelnemen aan de Levensfaseregeling, kan tot het bereiken van diens AOW leeftijd blijven deelnemen aan de levensfaseregeling.

Levensfaseregeling voor alle leeftijden

Ook voor het behoud of verbetering van een goede balans tussen werk en privé kun je deelnemen aan de Levensfaseregeling. Deelname is eenmaal mogelijk en dit kan voor een periode van maximaal 6 maanden. Je leeftijd maakt in dit geval niet uit. Ga in gesprek met je leidinggevende om te bepalen of deelname aan deze regeling de beste oplossing is. De HR-businesspartner kan hierbij adviseren.


Wil je meer informatie over de levensfaseregeling?
Bekijk HANDBOEK HR


5.8 Persoonlijk financieel inzichtgesprek

Ben je 60 jaar of ouder, dan kun je in het kader van optimale inzetbaarheid een verzoek indienen voor een (extern) persoonlijk financieel inzichtgesprek. Daarmee krijg je een objectief beeld van je persoonlijke financiële situatie. Dit inzicht kan je helpen bij het maken van keuzes voor de toekomst.

5.9 Regeling voorzieningen en verplichtingen bij arbeidsongeschiktheid

Voor de voorzieningen en verplichtingen bij arbeidsongeschiktheid zijn de cao-partijen een regeling overeengekomen, welke onderdeel is van deze cao.


Wil je meer weten over de voorzieningen en verplichtingen bij arbeidsongeschiktheid?
Bekijk HANDBOEK HR


 

De SVB, de uitvoerder van volksverzekeringen in Nederland